De Speeltuin

De speeltuin les heb ik bij verschillende groepen gegeven en allemaal waren ze enthousiast. 

Zo ook bij twee internationale kinderdag verblijven van True Colors in Rijswijk en Delft.

Daar zijn kinderen die verschillende talen spreken en ze begrijpen het Nederlands nog niet helemaal. Dat is voor mij een hele uitdaging maar met handen en voeten kom ik een heel eind.

We gingen op de fiets naar de speeltuin en dat doen we door op onze rug te gaan liggen en onze benen in de lucht te houden. We pakken ons, denkbeeldig, stuur en gaan heel hard trappen. Dan komen we een berg tegen en dan kan je niet meer zo hard trappen dus duwen we langzaam tegen de trappers. Boven op de berg mogen we even uitrusten en leggen we onze benen neer en laten het stuur los. 

Ik vraag de kinderen of ze hun benen slap kunnen maken zodat ik ze heen en weer kan bewegen. Dat lukt bij veel kinderen heel goed. Ik pak de knieën en schud dan. De voeten wiebelen dan heen en weer.

Dan vraag ik of ze de benen weer kunnen aanspannen en weer slap kunnen maken.

We zijn een beetje uitgerust dus kunnen we de berg weer naar beneden en dat gaat heel hard. Alle kinderen trappen zo hard als ze kunnen maar vandaag was er een meisje die haar benen stil hield. Toen ik vroeg waarom ze niet mee trapte zei ze: "Als je een berg afgaat hoef je niet te trappen". Ik vond dat zo mooi en gaf haar dan ook gelijk maar vertelde dat wielrenners dan juist hard trappen om te kunnen winnen. En toen ging ze weer heel hard trappen. Zo mooi!!

De kinderen mogen dan gaan zitten en ik vertel wat er allemaal in de speeltuin is en dan rusten ze gelijk even uit van het harde fietsen.

Beneden aan de berg is de speeltuin en daar ligt een hondje bij het hek. Als hij de  kinderen ziet wordt hij zo blij dat zijn staartje heen en weer wiebelt.

We gaan hem nadoen. We zitten eerst op onze knieën dan zetten we onze handen voor ons op de grond. Tillen onze billen op, zetten de tenen op de grond en duwen onze billen in de lucht. Dan wiebelen we met ons staartje. Dit vinden de kinderen zó..... leuk!! Ik vraag dan of ze even op hun knieën willen gaan zitten en over hun armen willen wrijven. En dan doen we het nog een keer.

In de speeltuin is een glijbaan en een draaimolen.

Wij gaan ook een glijbaan zijn door eerst op onze billen te gaan zitten met onze benen rechtuit, voeten tegen elkaar. Dan zetten we onze handen achter onze billen en duwen dan onze buik omhoog en houden ons hoofd naar achter. Ik ga dan met mijn hand over ze glijden van hoofd tot voeten en zeg "frrrrrtsch".

Ook dit vinden ze prachtig!

Voor de draaimolen staan we stevig met twee voeten op ons matje en houden ze stil. Dan brengen we onze armen opzij en krommen onze handen en vingers tot een kommetje, dit zijn de bakjes waar de, denkbeeldige, kinderen in kunnen zitten.

Dan gaan we langzaam draaien met ons middel en steeds harder. Dan weer langzamer tot we stil staan. De kinderen stappen uit en wij doen onze armen naar beneden. We laten onze armen tot op de grond hangen en laten ze wiebelen om ze uit laten rusten.

Omdat er meer kinderen in de speeltuin zijn die in de draaimolen willen doen we dit nog een keer.

Dan vertel ik dat er in de speeltuin een speciale Kip loopt. Die heeft hele mooi gekleurde veren en daar heb ik er een paar van gekregen.

Elk kind mag één veer uitzoeken.

We gaan voelen hoe zacht de veer is door hem langs ons gezicht te wrijven, over onze armen,handen, voeten en tenen.

Dan leggen we de veer op onze hand en blazen dan zo hard mogelijk en proberen hem weer op te vangen. Dit zorgt voor heel wat hilariteit.

Om dan weer wat rust te krijgen in de groep vraag ik ze om op hun rug te gaan liggen en de veer op hun mond te leggen. En.... héél hard te blazen.

 Zie maar hoe hoog ze komen! Links is de veer zelfs uit beeld geblazen!

Na deze oefening leveren ze de veren weer in en blijven ze liggen om naar het verhaaltje van Jip en Janneke te luisteren die van de trapleuning glijden. ( wat je natuurlijk nooit moet doen omdat dat te gevaarlijk is)

We sluiten de les af en dan vertellen de kinderen wat zij het leukste hebben gevonden.

Aan tafel drinken we wat en kleuren en tekenen. De kinderen vertellen dan van alles aan me.

Een jongetje vertelde dat de kip ging eten en dan gaat het zo door de kip. Het eten komt overal zei hij.